Pagina's

donderdag 15 maart 2012

Toetsen in het basisonderwijs.

Tijdens de schoolloopbaan van uw kind wordt er regelmatig getoetst. De leerkracht volgt de ontwikkeling van uw kind door iedere dag met uw kind te werken. Hij/zij ziet veel door interactiemomenten in de groep, één op één contact en door werk na te kijken.

Wanneer worden de toetsen afgenomen?
Gedurende het schooljaar worden regelmatig toetsen afgenomen. De leerkracht maakt gebruik van methode gebonden toetsen. Dit zijn toetsen die onderdeel zijn van de methode die de school hanteert, bijvoorbeeld van rekenen of aardrijkskunde. Deze toetsen controleren of uw kind de aangeboden stof goed heeft onthouden en toe kan passen.

Daarnaast maakt de leerkracht twee keer per jaar gebruik van de toetsen van het CITO. In januari en in juni worden de meeste toetsen afgenomen. Vaak vinden in deze periode de 10-minutengesprekken plaats en zal de uitslag van de toetsen met u besproken worden.
De toetsen van het CITO geven een duidelijk beeld van de ontwikkeling van uw kind, vergeleken met de resultaten van andere leerlingen uit de jaargroep. De toetsen van het CITO zijn door speciale meettechnieken allemaal aan elkaar gekoppeld. Daardoor kunnen per leergebied scores met elkaar vergeleken worden. Er is duidelijk te zien of uw kind vooruitgang heeft geboekt ten opzichte van vorige resultaten. In de toetsen van het CITO worden vragen van verschillende niveaus opgenomen, zodat zowel de zwakke als de betere leerlingen kunnen laten zien wat ze kunnen.

Bij de meeste toetsen zijn vijf scores te behalen: A, B, C, D en E.
Bij een A of B score heeft uw kind het goed gedaan.

Bij een C score weet de leerkracht dat hij/zij uw kind goed in de gaten moet houden. Het niveau mag niet verder dalen. Het is verstandig dat de leerkracht een analyse van de toets gaat maken, zodat het duidelijk wordt op welk onderdeel uw kind uitvalt. Dan kan er hulp geboden worden om achteruitgang te voorkomen.

Heeft uw kind een D of E score dan heeft het onvoldoende niveau op het onderdeel van de toets. Het is van groot belang dat de leerkracht actie gaat ondernemen. De onvoldoende score geeft aan dat uw kind extra hulp en ondersteuning nodig heeft. De leerkracht moet een behandelplan opstellen waarin aangegeven wordt waar de achterstand zit en hoe de leerkracht de achterstand gaat proberen te verkleinen of weg te werken
In de daarop volgende toets periode zal de onvoldoende gescoorde toets eerst opnieuw gemaakt moeten worden, voor er verder getoetst wordt.

Wanneer een leerkracht een behandelplan opstelt moet u als ouder daarvan op de hoogte gebracht worden. Als het behandelplan na zes tot acht weken geëvalueerd wordt zal u daarbij betrokken moeten worden. De leerkracht zal zijn uiterste best doen om de achterstand van uw kind te verkleinen.
Soms verloopt het echter anders. Uw kind gaat ondanks de extra hulp in de klas niet vooruit, of de hulp kan niet geboden worden op de manier die passend is. Dan is het raadzaam op tijd de hulp te zoeken die nodig is.
Ik kan daarbij als Remedial Teacher een grote steun zijn.

Twijfelt u?
Bel gerust voor vrijblijvend advies.

Anke Tragter

Geen opmerkingen:

Een reactie posten